Alfred Freddy Trouvé

Alfred Trouvé a ce don de matérialiser toute une fantasmagorie, sa petite mythologie individuelle et celle que l’on se trimballe tous depuis que nos illustrateurs ont inventé la BD, le dessin animé. Ses sculptures et bas-reliefs sont respectueux des qualités du genre, couleurs acidulées, texture lisse, brillante comme à l’écran, de préférence, tendres, drôles, loufoques. Ses paysages, bonhommes, animaux, en situation d’images détachées d’une narration (on voudrait connaître le début et la fin de l’histoire), ne sont pas sans rappeler l’art brut. Dans cette ethnologie-fiction on reconnaît, en effet, le parti pris de Cobra (en l’occurrence de Corneille) “pas de bon tableau sans un gros plaisir”. Et plaisir nous avons. Mais comment ne pas ressentir derrière ces figurations libres aussi plaines d’exubérance et de générosité, un besoin de rebondir sur la vie qui en est, elle, si souvent dépourvue. Cet art n’est-il pas aussi un gros pied de nez lancé à ce fameux “principe de réalité” loin de la fantasmagorie, celui-là, si l’on en croit papa Freud.

“Je fais des sculptures par pur plaisir et par besoin depuis mon enfance; il m’est impossible de ne pas en créer. Ma vie est représentée dans mes œuvres de mon enfance jusqu’à aujourd’hui. J’en ai les codes mais ils ne sont pas nécessaires pour appréhender mes œuvres. Ma théorie de l’art c’est la liberté de la création et d’interprétation. Je préfère le côté soleil et humour qui cache le côté ombre.  Je suis comme tout le monde un camion qui a peur de sa remorque.”

Alfred Trouvé, né en 1953 à Anvers, a étudié à l’école des Beaux-arts d’Anvers – Belgique.
Vit et travaille depuis 1983 en Provence – France.
Sculptures en résine.

* * *

Alfred Trouvé heeft de gave om een hele fantasmagorie te materialiseren. Zijn kleine individuele mythologie en wat we overal zien sinds onze illustratoren strips, cartoons … hebben uitgevonden. Zijn sculpturen en bas-reliëfs respecteren de kwaliteiten van het genre met zuurtjeskleuren en zachte textuur, briljant als op het scherm, bij voorkeur teder, grappig en gek. Zijn landschappen, mensen en dieren, gevat in losse beelden van een verhaal (we willen het begin en het einde van het verhaal weten), refereren aan de Art Brut. In deze etnologische fictie herkennen we in feite het principe van Cobra (in dit geval Corneille) “geen goed schilderij zonder groot plezier”. En we hebben plezier. Maar hoe kan je er naast kijken dat achter deze vrije figuraties vol van uitbundigheid en vrijgevigheid, een behoefte schuilgaat om te verwijzen naar het leven zoals het is, dat zo vaak van het plezier beroofd wordt. Dus toch geen ‘fuck you’ in deze fantasmagorische kunst aan het beroemde Realiteitsprincipe van Vader Freud.

“De sculpturen die ik maak zijn voor mijn puur genot; ik heb dit nodig sinds mijn prille jeugd. Onmogelijk om er geen te creëren. Mijn leven weerspiegelt zich in mijn werk, van in mijn kindertijd tot vandaag. Ik heb de codes, maar deze zijn niet nodig om mijn werk te begrijpen. Mijn theorie over kunst is die van vrijheid van schepping en interpretatie. Ik geef de voorkeur aan de zonnige kant en aan humor die de schaduwkant verbergt. Ik ben net als iedereen een vrachtwagen die bang is voor zijn trailer.”

Alfred Trouvé, geboren in 1953 in Antwerpen, studeerde aan de School voor Schone Kunsten Antwerpen – België.
Leeft en werkt sinds 1983 in de Provence – Frankrijk.
Sculpturen in kunsthars.

CURRICULUM VITAE

Veuillez trouver le CV, cliquez sur download pdf